Door: Wim Reubsaet, 13 september 2015 Met dank aan Frans Gerards, Trees Haenen en Myriam Muskens
Het Vinkennest
De twee zussen Hendrika Maria (Riek) en Theodora Regina (Dora) Vinckx waren voor en tijdens de tweede wereldoorlog onderwijzeressen in Heer. In 1941 werd er een beroep gedaan op beide zussen door de Maastrichtse politie om enkele weeskinderen op te vangen. In een groot pand in Heer werden de kinderen ondergebracht en beide zussen namen de zorg voor deze kinderen op zich. Er kwamen steeds meer kinderen die onderdak nodig hadden en het huis was langzaam aan te klein. De zusters zochten naar een alternatief en vonden dat in het Kasteel Haeren te Voerendaal. In 1946 gingen ze daar van start, eerst nog met weeskinderen maar al vlug kwamen er ook kinderen met een lichamelijke en/of verstandelijke beperking bij. In 1952 werd een nieuwe locatie gevonden in Houthem. Het landgoed "De Kluis" dat voorheen bewoond werd door de heer Russel, werd ingericht als dependance van het tehuis in Voerendaal. In deze dependance werden ongeveer 80 kinderen uit het hele land opgenomen. Kasteel Haeren werd te klein en had ook ernstig last van achterstallig onderhoud. Dus de zussen Vinckx zochten naar een uitbreidingsmogelijkheid en dachten dit te vinden in een pand aan de Heerlerweg in Kunrade. Eind 1956 begin 1957 werd dit pand geschikt gemaakt voor de opvang van ruim 10 kinderen met een lichamelijk dan wel geestelijke aandoening. Het pand leek geschikt en er was rondom voldoende grond om eventueel uit te breiden. Helaas bleek op dit perceel een bouwverbod te liggen, dus de gewenste uitbreiding kon niet worden gerealiseerd.
Aanvankelijk financierden de zussen alles zelf en hadden ze moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. Het was armoe troef in die beginperiode. Van slopen en servetten werden luiers gemaakt, van lakens jurkjes en bloesjes en van pluche gordijnen manteltjes. Na de oorlog maakten de weeskinderen plaats voor moeilijk opvoedbare kinderen.
Steeds meer kinderen werden opgevangen en er werd uitgekeken naar andere opvangplaatsen. In Vaals kwam ook een locatie met de naam Vinkennest. In dit pand, Huize de Esch, was eerst een R.K. vakantieverblijf voor kinderen uit het hele land gevestigd. Dit sloeg echter niet aan en het pand was weer beschikbaar voor een andere functie. Riek en Dora Vinckx namen Huize de Esch over.
Kasteel Haeren deed wel nog dienst maar de slechte staat van het kasteel maakte het totaal ongeschikt voor het opvangwerk.
Het tehuis verhuisde van Kasteel Haeren naar het Carmelitessenklooster aan de Gasthuisstraat in Heerlen. Het Vinkennest was nu verdeeld over drie locaties, Vaals, Houthem en Heerlen. Dit was geen ideale situatie en er werd gezocht naar een mogelijkheid om te centraliseren.
In 1976 werd de nieuwe huisvesting 'Op de Bies' in Schimmert geopend. Het was een groot complex, een voormalige apostolische school van de paters Montfortanen. De vestigingen Vaals en Heerlen werden afgestoten en overgebracht naar Schimmert, de vestiging in Houthem ging zelfstandig verder. Inmiddels was de naam Vinkennest niet meer zo gewild. De naam van het klooster Op de Bies werd nu de nieuwe naam van de instelling. Tegenwoordig is de huisvesting verspreid over diverse locaties in Zuid Limburg: Landgraaf (2x), Kerkrade, Simpelveld en Hoensbroek. Een zesde vestiging wordt gerealiseerd in Heerlen.
De zusters Vinckx zijn er niet meer. Hendrika Maria Vinckx overleed in 1990 en werd begraven op de algemene begraafplaats in Voerendaal.
De naam Vinkennest is er ook niet meer, maar het verhaal over de gezusters Vinckx en hun kinderopvang blijft hier bewaard.
Liefdadigheid en medelijden met de oorlogswezen was waarschijnlijk de drijfveer voor de gezusters Vinckx. Toch zullen ze door de beperkte middelen die ze hadden en de soms door de oorlog getraumatiseerde kinderen, veel spanningen hebben gehad in hun dagelijks liefdadigheidswerk.
Het zal voor de kinderen ook geen pretje zijn geweest en in sommige gevallen zelfs ronduit een nachtmerrie.
Ook de gezusters Vinckx hadden wel eens moeite zich te beheersen en werden er om de kinderen in het gareel te houden zeer omstreden methodes toegepast. Methodes die nu volstrekt onmogelijk zijn en die we ons niet kunnen voorstellen, maar die blijkbaar in die tijd door niemand abnormaal werden gevonden.
Frans Gerards, de huidige bewoner van kasteel Haeren, schrijft:
"Dat het in het begin armoe troef was in het Vinkennest, werd op 25 mei 1998 bevestigd door de dames O., twee zusjes maar ondertussen twee volwassen vrouwen op leeftijd, die nog eens graag een kijkje wilde nemen in het voormalige kindertehuis.
Theodora Regina Vinckx werd door de kinderen 'tante Dora' genoemd en Hendrika Maria Vinckx was 'tantie'. Er liep ook nog een klein meisje rond die Toeti werd genoemd. Ze was een dochtertje van een van de dames Vinckx. Die kreeg veel meer te eten en mocht veel meer dan de andere kinderen.
De twee zusjes sliepen samen met acht andere kinderen en een leidster in wat vroeger op de eerste verdieping de 'sael' was. Het ging er vrij liefdeloos aan toe. Er werd veel gedreigd en gestraft. Het ondergoed werd een keer per week verschoond. Als er dan een bruin streepje in je onderbroek zat, werd de onderbroek op je rug gespeld. Je moest er dan zo mee rond lopen. Als een gat in de sokken niet werd gemeld, kreeg je stokslagen. Voor straf werden ze ook wel opgesloten in de kelder of op de zolder.
Een van de meisjes had 's nachts pluisjes van de deken afgeplukt en op de grond gegooid. Ze moest toen op de kamer van tante Dora komen. Daar stond een paraplubak met rietjes. Met een van die rietjes kreeg ze een pak slaag.
Het eten was karig. Droge sneetjes brood met thee. Hete bliksem was lekker. Water met vermicelli gekookt was niet te eten. Als je niet op at wat je werd voorgezet, werd het 's avonds nog eens opgedist. Verjaardagen werden niet gevierd.
Een van de zusjes kreeg luizen. Haar hele hoofd werd kaal geschoren en ze kreeg een mutsje op. Door de andere kinderen werd ze daarna geplaagd. Tante Dora deed daar niets aan.
De zusjes gingen in Voerendaal naar school. Omstreeks 1953 verlieten ze het Vinkennest en gingen ze naar huize Severen in Amby. Daar was het veel beter, in ieder geval liefdevoller."
Heerlerweg 192
Tussen 1955 en 1960 is er ook nog een pand geweest aan de Heerlerweg waar de dames Vinckx een aantal kinderen onderbracht. Dit is de herinnering van Trees Haenen die naast dit pand heeft gewoond. Destijds verkocht de buurvrouw van de familie Haenen haar woning en trok naar een bejaardentehuis. De dames Vinckx kochten het pand Heerlerweg 192 aan. Het pand zelf en de ruimte rondom het pand was naar toenmalig inzicht voldoende om uit te breiden. In dat pand woonde iets meer dan tien kinderen en verzorgend personeel.
Helaas bleek op dit pand een bouwverbod te liggen en was uitbreiding dus niet mogelijk. Hierdoor werd het pand weer afgestoten en verhuisden de kinderen en het personeel naar kasteel Haeren maar ook naar Vaals en naar een oud klooster in Hoogcruts.
De dames Vinckx woonden in Voerendaal, het dochtertje dat in het stukje hierboven "Toeti" wordt genoemd kan wel eens "Doppie Beckers" zijn geweest. Doppie Beckers noemde zich later Doppie Vinckx en bezocht de lagere school in Voerendaal, aldus Trees Haenen. Ook hield ze zich bezig met het verzorgen van kinderen.
Foto's van Vinkennest Haeren en Vaals
Foto's: Myriam Muskens
Op de trappen van kasteel Haeren in Voerendaal
Huize De Esch in Vaals
In het zonnetje vitamientjes opdoen
Directie (?) mogelijk beide dames Vinckx met hun broer