Door: Pierre Schrijen,  6 september 2015
Een hulpvaardige jongen

Als jongetje van een jaar of 8 kreeg ik van een lompenhandelaar, dat was een man met paard en karretje, een papieren vlieger omdat ik hem enkele lompen had gebracht.
In de wei van boer Lipperts probeerde ik die vlieger in elkaar te zetten.
Omdat het in elkaar zetten van die vlieger niet goed lukte kreeg ik hulp van Jaap Hartman, die mij ook de eerste beginselen van het vliegeren bijbracht. Ik denk dat Jaap toen ongeveer 18 of 20 jaar moet zijn geweest.

Enkele jaren later in de oorlog ben ik hevig geschrokken toen ik Jaap in ons dorp tegenkwam, gekleed in een SS-uniform en een wapen om zijn schouder.
Dit heeft een heel grote indruk op me gemaakt. Achteraf neem ik Jaap niets kwalijk, want ik denk dat hij werkloos was en dacht het in het Duitse leger beter te hebben, zoals vele Nederlandse jongens dachten.
Het was natuurlijk een beroerde tijd en velen dachten dat ze het door de Duitse bezetting beter zouden krijgen.

Vriendelijke groet, Pierre Schrijen

Reageer




Vele duitse inwoners

Limburg had en heeft nog altijd, vele inwoners met de Duitse nationaliteit. Ook in Voerendaal was dat voor de tweede wereldoorlog het geval. In de oorlog leefde sommige Duitse mensen in Nederland in een dilemma. Nog onwetend van de verschrikkelijke misdaden die de Nazi's zouden begaan, wisten ze niet of ze hun landgenoten moesten verwelkomen of dat ze de inval moesten afkeuren. Loyaal zijn aan het land van je afkomst of loyaal zijn aan het land waar je woonde. Natuurlijk was het zo dat vele Duitsers hier in Limburg in de mijn werkten en dat dat de reden was voor hun komst naar Limburg. Toch waren er ook Duitsers bij die het nazisme in hun land zagen opkomen en de ideëen afkeurden. Deze mensen ontvluchten het regime in hun eigen land en zagen met lede ogen aan dat ze nu alsnog onderworpen werden.

In de dertiger jaren van de vorige eeuw was er een diepe economische crisis. De beurzen van New York kelderden en aandeelhouders waren in verwarring, enkele pleegden zelfmoord. De crisis verspreidde zich en kwam ook in Europa hard aan. Heel veel werkloosheid. De mensen waren arm en de eerste levensbehoeften waren duur. Dit zette zich door in de oorlogsjaren die daarop volgden. Alles ging op rantsoen. Mensen met de Duitse nationaliteit die hier woonden waren ineens niet meer zo gewenst. Dat werd niet gezegd maar het was wel voelbaar. Deze Nederlandse Duitsers zagen er geen kwaad in om zich ten diensten te stellen van de bezetter. Zij spraken immers goed Duits en konden zich zo ook voor de eigen dorpsinwoners verdienstelijk maken, was hun gedachte. Enkelen gingen hierin te ver en waren al te ijverig te gunste van de Duitsers. Na de bevrijding waren deze gasten ook niet meer gewenst in de dorpsgemeenschap en ze kozen het hazenpad.

Daarnaast waren er natuurlijk ook nog de jonge jongens van Duitse afkomst die alsnog hun dienstplicht moesten gaan vervullen in het leger van Hitler. Zij hadden geen keus en voor de meeste was de dienstplicht in het Duitse leger ook niet echt bezwaarlijk.